Kun je als ouder je kind onterven?

Niet volledig is het antwoord. Ouders kunnen hun kind nooit helemaal onterven. In een testament kan worden vastgelegd dat een kind niet van de ouder erft. Het kind houdt wél recht op de legitieme portie.

Onterven

Kinderen zijn automatisch erfgenamen. Mocht dat niet gewenst zijn, dan dient dat in een testament vastgelegd te worden. In het geval dat het onterfde kind zelf kinderen heeft, zullen zij aanspraak maken op de erfenis. Als je ook niet wilt dat de kleinkinderen een erfenis ontvangen, dient ook dit vastgelegd te worden in een testament.

Legitieme portie

Zoals gezegd is het onmogelijk om kinderen volledig te onterven. Zij zullen altijd recht houden op een deel van erfenis. Dit deel wordt de legitieme portie genoemd. Dit deel bedraagt de helft van wat het zou hebben gekregen zonder testament. Een voorwaarden is wel dat het kind dit deel binnen van vijf jaar na het overlijden van de ouder opeist. De legitieme portie betreft enkel een geldbedrag. Onterfde kinderen maken geen aanspraak op spullen of ander bezit.

Platform digitaal bv oprichten staat klaar

Vorige week is het platform om in de toekomst digitaal een bv op te richten opgeleverd. Het systeem waarmee de notaris online een oprichter kan identificeren, spreken en de oprichtingsakte kan passeren, staat klaar voor als de wetgeving hierop is aangepast.

Lees hierover meer op de website van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) >>

Wat is een familiehypotheek?

Bij een familiehypotheek leent men geld om een woning te kopen. Alleen niet van de bank, maar van ouders. Zij vragen daarvoor rente: zo levert hun spaargeld meer op dan wanneer het op de spaarrekening staat.

Kan ik geld lenen voor een verbouwing?

Een familiehypotheek kan een uitkomst zijn als de bank niet meer dan 100 procent van de waarde van de woning wil financieren. Ouders kunnen het bedrag dat bijvoorbeeld nodig is voor eventuele bijkomende kosten of een verbouwing lenen.

Heb ik niet meer te maken met de bank?

De bank telt de schuld die het kind heeft bij de ouders wel mee bij de berekening van het bedrag dat het kind mag lenen. Het is mogelijk dat de bank daarom alsnog een streep zet door de lening bij de bank omdat het inkomen niet genoeg is om beide leningen te financieren.

Moet ik dit ook vastleggen?

Net als bij een hypotheek bij een bank moet de familiehypotheek worden vastgelegd in een overeenkomst. Daar moeten beide partijen zich aan houden. In de overeenkomst staat onder meer de rente en de aflossing die het kind moet betalen.

Kan ik gebruikmaken van de hypotheekrenteaftrek?

Om gebruik te kunnen maken van de hypotheekrenteaftrek mag de rente niet veel lager of hoger zijn dan wat een bank zou vragen voor dezelfde lening. De lening moet dus te vergelijken zijn – zowel qua rente als looptijd – met een lening bij een bank. Als de overeenkomst voldoet aan deze en andere voorwaarden voor hypotheekrenteaftrek, mag het kind de hypotheekrente aftrekken in de aangifte van de inkomstenbelasting. Onze notaris kan controleren of deze overeenkomst aan alle juridische eisen voldoet, de Belastingdienst kan checken of de gevraagde rente voldoet.

De nieuwe WBTR is ingegaan: wat betekent dit voor jouw vereniging of stichting?

Op 1 juli is de nieuwe Wet bestuur en toezicht rechtspersonen ingegaan (WBTR). De wet zorgt ervoor dat er nieuwe regels gaan gelden voor de verdeling van taken binnen verenigingen en stichtingen. De regels sluiten dan aan op die van de besloten vennootschap en de naamloze vennootschap. Hoe zit het precies?

Voor wie geldt de WBTR?

De nieuwe wet geldt voor alle verenigingen en stichtingen. Van grote verenigingen en goede doelen tot lokale sport- en hobbyclubs en kerkgenootschappen.

Waar moet een vereniging of stichting aan voldoen?

  • Bestuursleden en toezichthouders hebben de plicht het belang van de vereniging of stichting voorop te stellen. Dat klinkt logisch, maar anders dan bij ondernemingen was dat nog niet in de wet vastgelegd.
  • Als aan die verplichtingen niet wordt voldaan, kunnen bestuursleden en toezichthouders aansprakelijk zijn. In een aantal gevallen zelfs hoofdelijk aansprakelijk.
  • Als een bestuurslid of toezichthouder een persoonlijk belang heeft dat strijdig kan zijn met het belang van de vereniging of stichting, mag hij of zij niet deelnemen aan de besluitvorming. Binnen de vereniging of stichting moet zijn vastgelegd hoe besluitvorming in dergelijke gevallen plaatsvindt.
  • In statuten van verenigingen of stichtingen moet staan hoe wordt omgegaan met situaties waarin er tijdelijk geen bestuurslid of toezichthouder is. Dat geldt dus ook als een bestuurszetel vacant is.

Waarom is er een nieuwe wet?

Er komen strengere regels voor het besturen van verenigingen en stichtingen. Het doel van die strengere regels is het voorkomen van:

  • Belangenverstrengeling: denk aan het bestuurslid dat voetbaltenues bestelt bij zijn eigen bedrijf;
  • Financieel wanbeheer, zoals te grote financiële risico’s nemen;
  • Onbestuurbaarheid, bijvoorbeeld wanneer het bestuur geen besluiten kan nemen.

Wil je nalopen of je alles goed hebt geregeld? Download hier de checklist WBTR.

Steun jij, net als Oranje, ook een goed doel?

Helaas ligt Oranje uit het EK. Jammer genoeg heeft het Nederlands elftal de verwachtingen niet waar kunnen maken, maar wist je dat het elftal buiten de wedstrijden ook allerlei goede doelen steunt? En dat kun jij ook doen, ook voor later.

Oranje levert bijdrage

Omdat het Nederlands elftal het belangrijk vindt dat Nederlanders juist nu elkaar kunnen helpen, en de selectie onder de indruk is van alle mooie verbindingen die tot stand komen via NLvoorelkaar, hebben zij besloten een bijdrage te leveren aan het grootste vrijwilligersplatform van Nederland.

OranjeWist je dat je goede doelen kunt opnemen in je testament?

Nadenken over een testament is niet gemakkelijk, maar misschien vind je het wel belangrijk dat er wordt doorgewerkt aan jouw idealen als je er niet meer bent. Dan is het misschien een idee om een goed doel op te nemen in je testament.

Nalaten aan een goed doel met een testament

Nalaten aan een of meerdere goede doelen kan alleen via een testament dat door een notaris is opgemaakt. Een codicil (eigen handgeschreven verklaring) is niet voldoende. Onze notaris adviseert over de mogelijkheden en legt de uiterste wil vast in een notariële akte. Een testament heeft pas rechtskracht als de erflater en de notaris het testament hebben ondertekend.

Grote stijging aantal samenlevingscontracten

Het aantal samenlevingscontracten in het eerste kwartaal van dit jaar is ruim 40 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar. Dat blijkt uit cijfers van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie. Maar waarom een samenlevingscontract?

De wet regelt niets voor samenwoners

Wettelijk gezien is er niets geregeld voor mensen die samenwonen. Met een samenlevingscontract kun je zelf allerlei afspraken vastleggen. Het gaat dan bijvoorbeeld om welke spullen van wie zijn en welke zaken gezamenlijk bezit zijn. In een samenlevingscontract kun je ook afspraken opnemen over de financiële zaken: wie betaalt wat? Wat gebeurt er met het huis als jullie uit elkaar gaan? Allemaal afspraken die je kunt vastleggen in een samenlevingscontract.

Zelf maken of laten opstellen?

Je kunt zelf een samenlevingscontract maken of laten opstellen bij de notaris. Een notarieel samenlevingscontract is verplicht als je bijvoorbeeld een partnerpensioen wilt ontvangen.

Wat is het verschil tussen een samenlevingscontract en geregistreerd partnerschap?

  • Bij een huwelijk of partnerschap heb je automatisch een aantal rechten en plichten ten opzichte van elkaar. Bijvoorbeeld onderhoudsplicht en erfrecht. Bij een samenlevingscontract heb je deze rechten en plichten alleen als je ze in het contract opneemt;
  • Bij een samenlevingscontract is er geen sprake van gemeenschap van goederen, tenzij je dit in het samenlevingscontract opneemt;
  • Bij een huwelijk of partnerschap hebben jij en je partner automatisch ouderlijk gezag over de kinderen die je samen krijgt. Bij een samenlevingscontract krijgt alleen de moeder automatisch ouderlijk gezag. De man moet het kind eerst erkennen om de officiële vader te worden en kan daarna samen met de moeder het gezamenlijk gezag laten registreren.

Aflossingsvrije hypotheek steeds populairder bij starters

Het aantal starters dat kiest voor een aflossingsvrije hypotheek is met 14 procent toegenomen ten opzichte van dezelfde maanden vorig jaar, meldt de Hypotheker. De toename komt onder andere door de lage hypotheekrente en de huizenprijzen die blijven stijgen.

Waarom een aflossingsvrije hypotheek?

Bij een aflossingsvrije hypotheek betaal je alleen hypotheekrente en los je op de einddatum de lening in één keer af. Je kunt wel aflossen tijdens de looptijd, maar dat is niet verplicht. Sinds 1 januari 2013 mag er nog maar 50 procent van de totale woningwaarde aflossingsvrij worden afgesloten. Veel starters kiezen voor die hypotheekvorm omdat de maandlasten een stuk lager zijn. Het gaat vaak om besparingen van honderden euro’s netto.

Toch geen Nationale Hypotheek Garantie

Die grotere animo voor aflossingsvrij ziet ook Martin Hagedoorn, hypotheekadviseur van De Hypotheekshop. Hij weet nog een reden voor de populariteit. Normaliter hebben starters een voorkeur voor een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Die beschermt bij onverwachte gebeurtenissen tegen een restschuld en biedt een flink lagere rente dan een gewone hypotheeklening. Daarbij is dan wel een zogeheten ‘annuïtaire’ of ‘lineaire’ aflossing verplicht, twee hypotheekvormen waarbij je elke maand een bedrag aflost. Maar zo’n NHG kun je alleen krijgen tot een aankoopprijs van 325 duizend euro, en met dat bedrag red je het vaak niet meer. Vorig jaar was de gemiddelde aankoopprijs al 334 duizend euro. Als een NHG dan toch niet lukt, lonken de lagere maandlasten van de deels aflossingsvrije hypotheek. Dit is overigens geen truc om een hoger bedrag te lenen: banken houden bij de berekening van het maximale leenbedrag altijd de maandlasten aan van een annuïtaire hypotheek.

Niet zonder risico’s

Dat veel starters kiezen voor de aflossingsvrije hypotheek, kan De Hypotheker wel verklaren. De lage rentestand zorgt ervoor dat deze hypotheekvorm een interessant alternatief voor de volledige hypotheek, waarbij je wel moet aflossen.

Wel waarschuwt De Hypotheker dat starters vaak relatief veel lenen ten opzichte van de woningwaarde, terwijl ze minder snel aflossen. Als een huis dan ineens verkocht wordt, blijft een grotere hypotheekschuld over. Ook moet, als de looptijd eindigt, genoeg vermogen over zijn om af te kunnen lossen, maar dat is niet altijd vanzelfsprekend. Daarnaast kan de woning in waarde dalen en de hypotheekrente stijgen.

Een stichting of een vereniging oprichten. Wat komt er bij kijken?

We klimmen langzaam uit de lockdown en alles lijkt weer richting het ‘oude normaal’ te gaan. Eindelijk neemt het sociale contact toe en kunnen we weer wat meer genieten van de dingen die we gedurende de coronacrisis gemist hebben.

Mensen doen graag dingen samen. Voor velen is een stichting of een vereniging daarom een grote bron van sociaal contact. Neem bijvoorbeeld sporten, gemeenschappelijke hobby’s, ondernemen, het delen van een bepaalde levensbeschouwing of het realiseren van een sociaal of ideëel doel.

Oprichting

Bij het oprichten van een stichting of een vereniging komt veel kijken. Op de website notaris.nl van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) vind je de nodige handvatten om dit te realiseren. Via onderstaande pagina lees je onder meer waar je op moet letten bij de oprichting, informatie over de organisatie, hoe het zit met aansprakelijkheid en over het inschrijven bij de Kamer van Koophandel.

Stichting of vereniging oprichten >>

Zo haal je het beste uit je afspraak met de notaris

Als je bij ons langskomt, dan heb je daar een reden voor. In sommige gevallen is een bezoek verplicht, bijvoorbeeld als je een huis koopt. Maar we voeren ook veel adviesgesprekken. Denk daarbij aan onderwerpen als estate planning en de invulling van een levenstestament. Om het optimale uit je afspraak te halen, hebben we een aantal tips voor je.

Je wilt weten wat de beste rechtsvorm is voor je bedrijf, jij en je partner willen een samenlevingscontract afsluiten, je gaat een huis kopen of je wilt een testament opstellen. Het zijn allemaal mogelijke redenen voor een afspraak met de notaris. En zo’n gesprek levert je vaak veel op, want met onze onafhankelijke blik en onze juridische kennis krijg je inzicht in wat voor jou de beste keuze is. Met een goede voorbereiding heb je maximaal profijt van je bezoek aan ons kantoor.

Onze tips voor je afspraak met de notaris

  1. Lees je online alvast in.

Zo kun je je een beeld vormen van onderwerpen die gerelateerd zijn aan het thema waar je voor komt en die mogelijk aan de orde komen tijdens ons gesprek.

  1. Noteer de vragen die je hebt.

Je hoeft de antwoorden echt niet zelf uit te zoeken. Daar heb je ons voor!

  1. Bedenk van te voren globaal hoe je tegen bepaalde situaties aankijkt.

Stel, jij en je partner komen langs voor een samenlevingscontract. Overleg dan alvast hoe jullie de financiën willen regelen met elkaar. Willen jullie bijvoorbeeld inkomen en vermogen delen?

  1. Vergeet je legitimatiebewijs niet!

An de hand van je ID-kaart, rijbewijs of paspoort kunnen we vaststellen dat jij bent wie je zegt dat je bent. We zijn verplicht om te controleren of de gegevens die in een akte zijn opgenomen, kloppen met de gegevens op je legitimatiebewijs.

Wat moet je meenemen naar je afspraak met de notaris?

Naast je legitimatiebewijs, hebben we soms ook andere documenten nodig. Wil je bijvoorbeeld een testament opstellen en heb je huwelijkse voorwaarden, partnerschapsvoorwaarden of een samenlevingscontract? Dan hebben we die er graag bij. Heb je een bedrijf, denk dan aan documenten als de statuten, de aandeelhoudersovereenkomst of de overeenkomst met bijvoorbeeld je vennoten. We informeren je sowieso van te voren over welke documenten je mee moet brengen.

Het eigenwoningforfait, zo zit dat

Heb je een eigen huis, dan krijg je bij je aangifte inkomstenbelasting te maken met het eigenwoningforfait, ook wel huurwaardeforfait genoemd. Maar wat is dat eigenlijk? En hoe weet je hoeveel je moet betalen?

Belasting op je huis

Via het eigenwoningforfait betaal je belasting omdat je een eigen huis hebt. Het idee daar achter is als volgt: als je een eigen woning hebt, bouw je daar vermogen in op. Je zou je huis ook kunnen verhuren en daar extra inkomen uit kunnen halen. Iemand die een woning huurt, heeft die voordelen niet. Daarom betalen eigenaren van een huis extra belasting. Dat gaat in de vorm van het eigenwoningforfait: een bedrag dat je optelt bij je belastbare inkomen. Het eigenwoningforfait wordt ook wel huurwaardeforfait genoemd.

Berekening van het eigenwoningforfait

Het eigenwoningforfait is een percentage van de WOZ-waarde van je woning (WOZ staat voor Wet Waardering Onroerende Zaken). Voor woningen met een WOZ-waarde tussen € 75.000 en € 1.110.000 is dat percentage in 2021 0,50%. Dat is overigens iets lager dan vorig jaar, toen was dat nog 0,60%. Voor woningen vanaf € 1.110.000 wordt gerekend met een percentage van 2,35%. De WOZ-waarde van je huis is de geschatte marktwaarde van je huis op 1 januari van het vorige jaar. De gemeente waar je woont stelt deze waarde vast. Doe je de aangifte inkomstenbelasting over 2020, dan geldt de WOZ-waarde op 1 januari 2019.

Een rekenvoorbeeld

Stel, de WOZ-waarde van jouw woning op 1 januari 2019 is € 250.000. Het eigenwoningforfait over 2020 dat je bij je belastbaar inkomen optelt is dan: € 250.000 x 0,006 = € 1.500. In 2021 is jouw eigenwoningforfait bij dezelfde WOZ-waarde lager, namelijk € 250.000 x 0,005 = € 1.250. Dit komt omdat het percentage in 2021 verlaagd is van 0,60% naar 0,50%.

Je eigenwoningforfait bij een verhuizing

Ga je in de loop van het jaar verhuizen van de ene koopwoning naar de andere? Bereken dan eerst voor allebei de woningen het eigenwoningforfait zoals in het rekenvoorbeeld. Dan bereken je welk deel van het jaar je in het ene huis gewoond hebt en welk deel van het jaar in het andere huis. Hierbij kijk je naar de datum van inschrijving op het adres. Heb je 1/6 deel van het jaar in huis 1 gewoond, dan neem je 1/6 van het eigenwoningforfait dat je berekend hebt van huis 1 en 5/6 van het eigenwoningforfait van huis 2. Die twee bedragen tel je bij elkaar op en dan heb je je eigenwoningforfait over dat jaar.