Pandrecht

LET OP. Dit artikel is ouder dan 1 jaar.

Pandrecht en hypotheekrecht, zo zit dat

Pandrecht, het klinkt alsof dat gaat over een recht op jouw pand. Ofwel op jouw huis of bedrijfsruimte. Maar dat is niet zo en dat geeft nogal eens verwarring. Daarom leggen we hier graag aan je uit hoe het zit met pandrecht en je hypotheek.

Verpanding als zekerheid

Je komt het tegen in je hypotheekakte: pandrecht. En toch is het geen recht op jouw pand. Het woord ‘pand’ verwijst namelijk niet naar een gebouw, maar naar het werkwoord ‘verpanden’. Als je iets verpandt aan iemand, dan heeft diegene het recht om het onderpand te verkopen als jij niet meer aan je verplichtingen kunt voldoen. Dat geeft zekerheid. Zeker bij een hypothecaire lening wil de bank graag onderpand zien.

Hypotheekrecht op onroerende goederen

Als je een lening afsluit bij de bank voor de aankoop van je huis, dan wil de bank graag zekerheden dat jij je rente en aflossing kunt betalen. In de hypotheekakte legt de bank daarom onder andere vast dat jouw huis het onderpand is voor de lening. Dit noem je het hypotheekrecht. Een geldverstrekker kan hypotheekrecht vestigen op onroerende goederen, zoals jouw huis, bedrijfsruimte, of een stuk grond. Mocht je je rente en aflossing niet meer kunnen betalen, dan kan de bank uiteindelijk overgaan tot verkoop van deze onroerende goederen. Met de opbrengst daarvan kan de lening dan alsnog afbetaald worden.

Pandrecht op roerende goederen en vorderingen

Naast je woning of bedrijfspand wil de bank vaak nog extra zekerheden voor jouw hypothecaire lening. Denk daarbij aan uitkeringen uit je opstalverzekering of levensverzekering, de inventaris van je onderneming of inkomsten die je krijgt uit verhuur van je huis of bedrijfspand. Het zekerheidsrecht dat de bank vestigt op deze zogeheten ‘roerende goederen’ en vorderingen heet pandrecht. Ook deze opbrengsten kunnen dan gebruikt worden om je hypothecaire lening alsnog af te lossen, mocht je daar zelf niet meer toe in staat zijn, bijvoorbeeld vanwege een faillissement.

Wel of niet via de notaris

Daarom kom je in de hypotheekakte dus vaak twee begrippen tegen: hypotheekrecht voor verpanding van onroerende goederen, zoals je huis of bedrijfspand en pandrecht voor verpanding van roerende zaken en vorderingen. Allemaal om de bank de zekerheid te geven dat hun lening terugbetaald wordt. Hypotheekrecht kan trouwens alleen gevestigd worden door een notariële akte. Bij pandrecht is tussenkomst van een notaris niet altijd verplicht.